Echte kamille (Matricaria chamomilla L. - Chamomilla recutita L.- Matricaria recutita L.)

Relevante planteninfo

Behoort tot de familie van de Composieten (Asteraceae)

15 tot 60 cm éénjarige, winterharde sterk vertakte plant met typische zeer fijn geveerde bladen.

Bloeit van mei tot september.  Halfronde bloemhoofdjes bestaan uit gele buisbloemen en omgeven door witte lintbloemen.  De oudere bloemen zijn doorgaans teruggeslagen. Kenmerkend zijn de typische geur en de kegelvormige bloembodem die hol is (zie foto).

Vrijwel in heel Europa te vinden. Groeit op akkers, braakliggende terreinen, ruigten, bermen.  Bij voorkeur kalkarme, lemige bodem.  

Reukloze kamille (Tripleurospermum perforatum) lijkt sterk op de echte kamille.  Belangrijke verschillen zijn het ontbreken van de typische geur en deze kamille heeft een gevulde bloembodem met merg. 

Inhoudsstoffen: etherische olie (vooral chamazuleen), flavonoïden (apigenine), pectine-achtige slijmstoffen, cumarinen, bitterstoffen, looistoffen enz.

Eetbaarheid

Omwille van het specifieke aroma geliefd voor de bereiding van allerlei gerechten zoals azijn, limonades, wijnen, likeuren.  ‘Manzanilla’ is een sherry op smaak gebracht met kamille. Bloemen kunnen ook als versiering gebruikt worden.

De bladeren zijn eetbaar.

Ook in de cosmetica erg gegeerd omwille van rustgevende en ontstekingswerende huideigenschappen (lotion, crème, haarmiddelen en andere verzorgingsproducten).  Geeft blond haar een lichtere kleur. 

Volksgeneeskunde

Hippocrates erkende het reeds als geneeskrachtig tijdens de vierde eeuw voor Christus.  Gans de geschiedenis terug te vinden als medicinale plant voor ontstekingen, bij spijsverteringsproblemen, slapeloosheid, en als typisch kruid voor vrouwelijke ongemakken.

Volgens de signatuurleer geschikt als kruid voor holle organen (maag, baaromoeder) omwille van zijn holle bloembodem.

Echte kamille werd in 1987 als geneeskrachtige plant uitgeroepen te Duitsland en wordt soms ook ‘Duitse kamille’ genoemd. 

Gebruik in huidige planten-geneeskunde

Bloeiende bloemhoofdjes met enkele centimeters van het steeltje worden gebruikt.  Hiervan wordt thee, tinctuur, maceraat of een huidverzorgingsproduct gemaakt.

Inwendig:

  • Ontstekingswerend op maag -en darmslijmvlies en beschermt tegen zweervorming in het maagdarmstelsel (door chamazulene en aanwezige flavonoïden)

  • krampopheffend bij maagkolieken, darmkrampen en braakstillend

  • stimuleert de spijsvertering, bevordert de eetlust, licht galdrijvend, winddrijvend

  • tonicum voor de baarmoeder (menstruatiekrampen)

  • kalmerend op zenuwstelsel, zenuwversterkend, angstwerend en te gebruiken als slaapmutsje.

  • werkt antibacterieel, ontstekingswerend en anti-allergisch.

Uitwendig: via omslag, lotion, crème

  • Ontstekingswerend (door o.a. apigenine), ontsmettend, wondhelend en jeukstillend. Te gebruiken op de huid, wonden, allergische uitslag, aambeien, onstekingen in de genitaliën enz.

Kan ook bij kinderen toegepast worden.

Geen langdurig gebruik.  (max 3 tot 4 weken)

Oppassen voor mogelijk (theoretische) interacties met medicijnen zoals bloedverdunnens, sedativa, immunosuppresiva…

Bijkomende weetjes

Het therapeutische  waardevolle chamazuleen wordt pas uit het “matricine proazuleen” gevormd bij bereiding door waterdampdestillatie zoals het destilleren van e.o of thee.       

Previous
Previous

Eénstijlige meidoorn (Craetagus monogyna Jacq.)

Next
Next

Duizendblad (Achillea millefolium L.)