Hennepnetel (Galeopsis tetrahit L.)
Relevante planteninfo
1-jarige plant die van nature heel veelvuldig voorkomt in Europa.
Voorkomen: groeit op vochtige tot droge, stikstofrijke grond, bossen, ruigtes en struwelen. Heeft een brede ecologische amplitude dit wil zeggen: komt op diverse bodems voor.
Biotoop: stengel is hol en behaard aan de knopen verdikt met hierop stijven klierharen. Het blad is driehoekig, aan de basis afgerond. De kelk heeft 5 spitse tanden ook behaard. Bloem bloeit van juni tot november in schijnkransen in de oksels van de bladeren; de onderlip is even breed als lang t.o.v. de gespleten hennepnetel. Het heeft een 4-delige splitvrucht, waar zowel de zwart- als de glanskop van smullen.
Hennepnetel is een geslacht met ongeveer 10 soorten
Inhoudsstoffen: kiezelzuur, looistoffen, saponinen.
Familie: lipbloemenfamilie of Lamiaceae.
Eetbaarheid
De bladeren gebruiken in salades en groenten of in de soep. Zowel de bladeren als de bloemen zijn eetbare decoratie.
Van de zaden wordt olie gewonnen.
Volksgeneeskunde
Werd gebruikt bij lichte slijmhoest en bronchitis door zijn expectorerende werking.
Mede door haar kiezelzuur (zoals bij Heermoes) een sterke invloed op de stofwisseling.
Gebruik in huidige planten-geneeskunde
Geen wetenschappelijke bevindingen.