Maarts Viooltje (Viola odorato L.)

Relevante planteninfo

Liefelijk klein viooltje dat vroeg in het voorjaar bloeit met paarse bloemen.

Overblijvende plant met licht behaarde stengel en hart-tot niervormige blaadjes.  Steunblaadjes ook aanwezig.

Violetkleurige kroonbladen, zelden wit of roze, tweezijdig symmetrisch.

Bij alle violetsoorten is het onderste kroonblad verlengd (gespoord) en wordt spoor genoemd. Bij het maarts viooltje is het spoor recht.

Typische zoete geur. 

Algemeen voorkomend in graslanden, bosranden.  Het viooltjesgeslacht is uitgebreid en telt zo’n 400 à 500 soorten. In onze streken komen ook voor: het gemakkelijk herkenbaar driekleurig viooltje (Viola Tricolor), het akkerviooltje (Viola arvensis) met geel bloempje.  Het bleeksporig bosviooltje (Viola Riviana) met bleekgele tot witte spoor.  Deze laatste lijkt op het maarts viooltje en bloeit enkele weken later.

Inhoudsstoffen (wortel): saponinen, flavonoïden, fenylglycosiden, e.o enz

Familie: violaceae

Eetbaarheid

Viooltjes zijn eetbaar.  Het is vooral het Maarts Viooltje dat geliefd is in de keuken als lekker ruikende smaakmaker. Het driekleurig viooltje smaakt zelfs iets onaangenaams. Kies voor wilde variëteiten en niet de verhandelde viooltjes. Gebruiken in likeur, wijn, siroop.  De eetbare bloemetjes kunnen een (vruchten)salade of een drankje versieren.  Je kan er decoratieve ijsblokjes van maken, een siroop, of versuikeren als decoratie bij bijvoorbeeld taarten.

Volksgeneeskunde

Viooltjes werden in de geschiedenis als één van de eerste voorjaarsbloemen ook beschouwd als bijzonder geneeskrachtig. Het werd reeds gebruikt bij de Grieken door o.a. Hippocrates.  Tal van vioolrecepten zijn heel oud: gesuikerde viool, vioolstroop enz. Door haar zoete, verleidelijke geur en blauwe kleur had het Maarts viooltje ook een symbolische waarde in de loop van de geschiedenis zoals trouw, duurzaamheid, zuiverheid, nederigheid enz. Het maakte ook vaak deel uit van rituelen en feesten.  Ten tijde van Napoleon was het Viooltje het embleem van de keizerlijke Napoleaonistische partij. In de volksgeneeskunde werd het Maarts Viooltje gebruikt als een erg populaire volksremedie ‘Violaet’ of ‘Violate’ door de vioolbloemen met heet water te overgieten en ze na een nacht trekken op te warmen met suiker.  Die stroop werd gebruikt bij mondspruw of als laxeer- en slijmoplossend middel.  Ook bekend is de viooltjesolie waarbij de blauwe kroonblaadjes van het Maarts Viooltje werden gemacereerd in olie en gebruikt werden als heilzame viooltjesolie. Reeds in de 13de eeuw reeds beschreven door Jacob van Maerlant tegen hoofdzweren.

Ook vroeger gekend in de parfumindustrie en cosmetica. In Engeland waren viooltjeswater en andere bereidingen populair en kende een hoogtepunt tijdens de regering van Koningin Victoria (1837-1901). De verbouw in de parfumindustrie liep terug toen de geur in de 20ste eeuw gesynthetiseerd kon worden.

Gebruik in huidige planten-geneeskunde

Tegen welke indicaties wordt deze plant gebruikt: lage dosis Etherische olie – Viola odorata – blad verkregen na oplosextractie van het blad (opbrengst 0,1%). Deze e.o heeft een donkerbruin/groene kleur met een intense middennoot geur.  Vaak in parfums gebruikt. De olie is mild pijnverdovend, ontstekingsremmend, stimuleert de bloesomloop, antireumatisch, slijmoplossend.  Het kan gebruikt worden in een geurlampje, op de huid bij de probleemhuid en ter stimulering van de bloedsomloop.

Welke delen van de plant worden in welke vorm gebruikt: vooral de radix  omwille van zijn slijmoplossende werking op de luchtwegen (door de saponinen) bij bronchitis, (kink)hoest, keelontsteking enz.

De bloemen van het maarts viooltje zouden minder expectorerend werken dan de wortel maar hebben ook een milde verzachtende werking op de slijmvliezen.

Zijn er bekende contra-indicaties: er zijn geen toxische nevenwerkingen gekend, bij hoge dosis kan echter braken en diarhee ontstaan door alkaloïde (sporen van odoratine aanwezig).

Bijkomende weetjes

Met de geur van viooltjes is wel iets vreemd.  Zodra je de geur ontdekt, verdwijnt ze.  Vermoedelijk is de aanwezigheid van ionon hiervoor verantwoordelijk. Deze stof verlamt de geurharen in het neusslijmvlies zodat de geur niet meer geroken wordt. Neem je afstand en ruik je opnieuw, dan is de geur terug.

Previous
Previous

Luzerne (Medicago sativa L.)

Next
Next

Madeliefje (Bellis perennis L.)